Flauwvallen

U bent voor onderzoek op de Spoedeisende Hulp geweest omdat u bent flauwgevallen. Er is bij u gelukkig geen ernstige oorzaak voor het flauwvallen gevonden. Daarom mocht u met uitleg en instructies weer naar huis van de arts. In deze folder geven wij u meer informatie. Hieronder leest u:

  • Wat flauwvallen is
  • Oorzaken van flauwvallen
  • Verschijnselen bij flauwvallen
  • Onderzoek bij flauwvallen
  • Behandeling bij flauwvallen
  • Wat u zelf kunt doen bij flauwvallen
  • Wanneer u contact moet opnemen met uw (huis)arts

Wat is flauwvallen?

Flauwvallen wordt veroorzaakt doordat er tijdelijk te weinig bloed door de bloedvaten van de hersenen stroomt. Hierbij verliest iemand maximaal enkele minuten het bewustzijn en komt spontaan weer bij. 1 op de 3 mensen valt gedurende het leven een keer flauw. Sommige mensen hebben het heel vaak, voor anderen is het eenmalig. Het kan op alle leeftijden voorkomen, maar komt het meest voor bij jongeren tussen 12-24 jaar en volwassenen boven de 60 jaar.

Wat zijn de verschijnselen bij flauwvallen?

  • Zwarte vlekken voor de ogen zien
  • Licht gevoel in het hoofd
  • Geluid lijkt weg te ebben
  • Bleekheid
  • Gapen
  • Misselijkheid
  • Zweten
  • Bewusteloos raken

Wat zijn de oorzaken van flauwvallen?

Er zijn verschillende oorzaken van flauwvallen:

  • Vasovagale syncope: hierbij is er een te sterke werking van de bloeddrukreflex. Normaal gesproken zorgt het zenuwstelsel bij een daling van de bloeddruk ervoor dat de bloedvaten samenknijpen en het hart sneller gaat slaan. Op deze manier wordt er toch voldoende bloed naar de hersenen gepompt. Soms doet het zenuwstelsel dit niet of niet snel genoeg waardoor iemand flauwvalt. Op het moment dat er weer voldoende bloed naar het hart en de hersenen gaat, bijvoorbeeld door te gaan liggen, komt de flauwgevallen persoon vanzelf bij. Enkele bekende situaties waarbij dit kan voorkomen zijn: hevige emoties (pijn, angst, bloed zien), tijdens menstruatie, bij vochttekort (vb. door diarree, braken) en verblijf in een warme omgeving.
  • Situationele syncope: hierbij ontstaat het flauwvallen tijdens een specifieke situatie, bijvoorbeeld kort na het eten, tijdens het plassen of het hebben van ontlasting of na het hoesten.
  • Orthostase: hierbij past het lichaam zich te langzaam aan na een verandering van houding, bijvoorbeeld wanneer u snel gaat staan vanuit zittende/liggende houding. Er stroomt te veel bloed naar de benen waardoor de bloeddruk daalt en er te weinig bloed naar de hersenen stroomt. Sommige factoren kunnen het risico op orthostase vergroten zoals vochttekort, bepaalde medicatie (met name bloeddruk of hartslag verlagers) en alcoholgebruik.

Mensen die vaker flauwvallen, voelen dit meestal aankomen of weten bij welke situaties zij flauw kunnen vallen.

Wat is de behandeling bij flauwvallen?


Flauwvallen is meestal niet ernstig. Soms kan het wel lastig zijn indien u er vaak last van heeft. De behandeling bestaat voornamelijk uit leefstijladviezen om te voorkomen dat u opnieuw flauwvalt.

Wat kunt u zelf doen bij flauwvallen?

  • Op het moment dat u aanvoelt dat u gaat flauwvallen, gaat u zo snel mogelijk liggen of zitten met het hoofd tussen de benen.
  • Als u langere tijd moet staan, is het verstandig om te zorgen dat u stevig staat. U kunt zo nodig de benen kruisen of de beenspieren aanspannen. Op deze manier zorgt u dat er minder bloed naar de vaten in de benen zakt.
  • Zorg dat u genoeg zout en water binnenkrijgt. Als de urine donker is, kan dit een teken zijn van te weinig water in het lichaam. Als u een hoge bloeddruk heeft, moet u voorzichtig zijn met inname van zout: overleg dit altijd met uw arts.
  • Drink niet te veel alcohol.
  • Als u weet bij welke situaties u gemakkelijk flauwvalt is het verstandig om deze situaties waar mogelijk te vermijden.

Wanneer contact opnemen met een (huis)arts?

Als u de klachten precies herkent van een eerdere keer flauwvallen, dan hoeft u niets te doen. Bij twijfel over de klachten is het wel verstandig om contact met een arts op te nemen. Neem direct contact op met een arts als u bent flauwgevallen en er sprake is van een van onderstaande situaties:

  • Flauwvallen in liggende houding of tijdens inspanning, herhaaldelijk flauwvallen, of langer dan een paar minuten bewusteloosheid.
  • Pijn op de borst of hartkloppingen voorafgaand aan het flauwvallen.
  • Aanhoudende schokkende bewegingen of bijten op de tong.
  • Als er acute hartdood in de familie voorkomt.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of naar uw huisarts.

Paniekaanval

U bent op de spoedeisende hulp geweest vanwege een paniekaanval. Met uitleg en instructies hierover mag u weer naar huis van de arts. Hier leest u:

  • Wat een paniekaanval is
  • Hoe een paniekaanval ontstaat
  • Verschijnselen van een paniekaanval
  • Oorzaken van een paniekaanval
  • Wat u zelf kunt doen bij een paniekaanval
  • Wanneer u contact moet opnemen met uw huisarts

Wat is een paniekaanval?

Een paniekaanval is een aanval van hevige angst en spanning, die plotseling begint en enkele minuten tot een uur kan duren. Een paniekaanval gaat gepaard met zowel lichamelijke als psychische klachten. De meest voorkomende klachten zijn; hartkloppingen, zweten, trillen, duizeligheid en ademhalingsproblemen (hyperventilatie). Ook kunt u het gevoel krijgen dat u de controle verliest of angstig zijn om dood te gaan.

Bij hyperventilatie heeft u het gevoel dat u onvoldoende zuurstof krijgt en misschien zelfs het gevoel dat u stikt. Het tegendeel is echter het geval; u ademt juist meer zuurstof in dan normaal. Doordat u te snel of te diep ademt, zijn 2 stoffen (zuurstof en koolstofdioxide) uit balans. Hierdoor wordt een deel van de lichamelijke klachten veroorzaakt.

Vroeger spraken we van hyperventilatiesyndroom, tegenwoordig spreken we van een paniekaanval.
Een paniekaanval is geen ziekte, maar meestal een uiting van pijn of stress.

Hoe ontstaat een paniekaanval?

Wanneer u angstig of gespannen bent, of als u pijn heeft, dan kunt u in een toestand van stress raken. Uw lichaam maakt een stresshormoon (adrenaline) aan en dit kan verschillende lichamelijke klachten veroorzaken. Uw hart gaat sneller kloppen, u gaat sneller en oppervlakkiger ademen en krijgt een licht gevoel in uw hoofd. Deze klachten worden tijdens een paniekaanval vaak verkeerd begrepen. Hierdoor raakt u in paniek, neemt de angst nog verder toe en verliest u de controle over uw angst. Zo ontstaat er een vicieuze cirkel. Soms is er geen duidelijke oorzaak of aanleiding voor een paniekaanval maar worden wel deze klachten ervaren.

Wat zijn de verschijnselen van een paniekaanval?

  • Gevoel van paniek/onrust
  • Angst
  • Benauwd gevoel of kortademigheid
  • Duizeligheid en/of neiging tot flauwvallen
  • Druk of pijn op de borst
  • Hartkloppingen
  • Verkrampte handen en voeten
  • Tintelingen in armen, benen en lippen
  • Zweten
  • Trillen
  • Koud of warm gevoel
  • Misselijkheid
  • Buikkrampen

Wat zijn de oorzaken van een paniekaanval?

Een paniekaanval heeft verschillende oorzaken. Het kan veroorzaakt worden door angst, stress of pijn. U bent gevoeliger voor het krijgen van een paniekaanval als u vermoeid of overbelast bent. Tevens is er een verband tussen paniekaanval en een paniekstoornis (waarbij paniekaanvallen met regelmaat optreden) of angststoornis. Bij het ontstaan van deze stoornissen spelen verschillende factoren een rol, zoals erfelijke factoren, ervaringen op kinderleeftijd, karaktereigenschappen en gevoeligheid voor angst.

Wat kunt u zelf doen bij een paniekaanval?

Kennis en inzicht
Bedenk dat de lichamelijke klachten die u ervaart geen kwaad kunnen en vanzelf overgaan. Ze worden door angst en paniek veroorzaakt en niet door een ernstige ziekte. Probeer uzelf gerust te stellen. De verschijnselen worden na 60 tot 90 minuten vanzelf minder.

Ademhalingsoefeningen
Probeer rustig te ademen en te ontspannen. Adem in door de neus en uit door de mond, neem bijv. 3 seconden om in te ademen en 6 seconden om uit te ademen. In een papieren zak ademen helpt niet en wordt niet geadviseerd.

Afleiding, activiteit en ontspanning 
Leid uzelf af bijvoorbeeld door te denken aan iets wat u prettig vindt. Soms helpt het door hardop te gaan lezen of om terug te tellen van 100 naar 1. U kunt ook een activiteit ondernemen waarin u ontspanning vindt zoals lezen, fietsen, wandelen of iets anders wat bij u past. 

Zelfreflectie
Probeer na te gaan waarom bepaalde situaties spanningen oproepen. Het kan zijn dat u zich niet van angst of spanningen bewust bent, maar dat u wel last heeft van de verschijnselen. Ga voor uzelf na of er sprake is van overbelasting door bijvoorbeeld een drukke baan of een druk gezinsleven, slecht slapen of alcohol en drugs gebruik. Het kan inzicht geven wanneer u opschrijft in welke situatie u de verschijnselen krijgt.

Wanneer moet u contact opnemen met uw huisarts?

Een paniekaanval gaat meestal vanzelf over. Als u vaker paniekaanvallen heeft, kan er sprake zijn van een paniekstoornis. Maak dan een afspraak bij uw huisarts. Vraag voor meer tips en begeleiding hulp bij uw huisarts of fysiotherapeut voor ademhalingsoefeningen.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Covid-19

U bent op de spoedeisende hulp geweest en u mag weer naar huis. Uw klachten komen (mogelijk) door het coronavirus.

Hier leest u:

  • Wat het coronavirus is,
  • Wat thuisisolatie betekent,
  • Leefregels voor uzelf,
  • Leefregels voor huisgenoten/gezinsleden,
  • Wanneer u weer uit thuisisolatie mag,
  • Wanneer u contact op moet nemen met een arts.

Wat is het coronavirus?

In de regio Wuhan in China startte in december 2019 een uitbraak van een nieuw coronavirus, ook wel SARS-CoV-2 (Severe Acute Respiratory Syndrome – Coronavirus -2) genoemd. Het virus kan de ziekte COVID-19 veroorzaken. De meeste patiënten met dit virus hebben koorts en luchtwegklachten.
In Nederland, maar ook wereldwijd, worden er maatregelen genomen om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Het coronavirus is van mens op mens overdraagbaar. Als je klachten hebt, kan je het virus verspreiden. Daarom is het belangrijk dat u zich houdt aan een aantal leefregels. Deze zijn nodig voor uw eigen veiligheid en om besmetting van uw huisgenoten/gezinsleden te voorkomen.

Wat betekent thuisisolatie?

Thuisisolatie houdt in dat u in uw eigen woonomgeving verblijft en deze niet verlaat. Op deze manier kunt u als patiënt met (mogelijk) het coronavirus anderen niet besmetten zolang u nog ziekteverschijnselen heeft.
Op dit moment worden niet alle patiënten met verdenking covid-19 getest: er wordt alleen getest als dit direct een gevolg heeft voor de behandeling.

U bent wel getest op het coronavirus
Als u bent getest op het coronavirus (COVID19), krijgt u binnen 24 uur telefonisch de uitslag. U moet volgens de richtlijnen van het RIVM in isolatie blijven tot de uitslag bekend is en misschien ook nog daarna. Dit betekent dat u niet naar buiten mag en zo min mogelijk contact moet hebben met anderen. Houd minimaal 1,5 meter afstand.

U bent niet getest op het coronavirus, maar u heeft wel klachten
Er kan niet met zekerheid gezegd worden of u wel of niet de infectie met het coronavirus heeft. Om verdere verspreiding van het coronavirus te voorkomen, is het belangrijk dat u ondanks dat er niet getest is, toch voorzorgsmaatregelen neemt. Heeft u klachten zoals neusverkoudheid, hoesten, niezen, keelpijn of koorts dan moet u thuis blijven.

Wat zijn de leefregels voor uzelf?

  • Ga niet naar buiten, eigen tuin of balkon mag wel.
  • Heb zo min mogelijk contact met anderen en houd minimaal 1,5 meter afstand. 
  • De persoon die voor u zorgt, moet gezond zijn. Als er niemand is die voor u kan zorgen, neem dan contact op met uw huisarts.
  • Was regelmatig uw handen met water en zeep. Doe dit vooral als: 
    • uw handen vies zijn
    • voor het (klaarmaken van) eten en na het aanraken van rauw vlees
    • na een toiletbezoek
    • na het schoonmaken
    • na hoesten, niezen in de handen, na het snuiten van de neus
    • voor kinderen: na buitenspelen
    • na het verschonen van een kind
    • na het aaien of knuffelen van dieren 
  • Hoest en/of nies in de binnenkant van uw elleboog.
  • Gebruik wegwerpzakdoeken of tissues.
  • Geen handen schudden.
  • Probeer het contact met huisgenoten tot het minimum te beperken. Dit is inclusief knuffelen, kussen of seksueel contact. Slaap zo mogelijk niet in hetzelfde bed.
  • Zorg dat uw huisgenoten en verzorger niet in aanraking komen met uw ontlasting, urine en andere lichaamsvloeistoffen.
  • Houd uw wasgoed en handdoeken apart en doe de was op minimaal 60°C met een volledig wasprogramma en normaal wasmiddel. 
  • Gebruik uw eigen bestek, borden en glazen. En was uw vaat gescheiden met heet water en standaard afwasmiddel of in de vaatwasmachine op een uitgebreid wasprogramma.
  • Maak iedere dag alles schoon wat u aanraakt, zoals: nachtkastjes en slaapkamer meubilair, deurklinken en lichtknopjes en de badkamer en het toilet.
  • Gebruik huishoudelijk schoonmaakmiddel.
  • Gebruik daarna huishoudbleek voor doortrekknop van het toilet, deurklinken en lichtknopjes. Gebruik 250ml bleek in 10liter water. Maak bij elke schoonmaakbeurt een nieuw sopje.
  • Gebruik bij reiniging altijd wegwerphandschoenen en pas na de schoonmaak handhygiëne toe.

Wat zijn de Leefregels voor uw huisgenoten/gezinsleden?

  • Was regelmatig uw handen met water en zeep gedurende 30 seconden. Doe dit vooral als:
    • uw handen vies zijn
    • voor het (klaarmaken van) eten en na het aanraken van rauw vlees
    • na een toiletbezoek
    • na het schoonmaken
    • na hoesten, niezen in de handen, na het snuiten van de neus
    • voor kinderen: na buitenspelen
    • na het verschonen van een kind
    • na het aaien of knuffelen van dieren
  • Hoest en/of nies in de binnenkant van uw elleboog.
  • Gebruik wegwerpzakdoeken of tissues.
  • Geen handen schudden. 
  • Blijf thuis bij klachten van neusverkoudheid of hoesten/niezen, keelpijn of koorts.
  • Als u klachten heeft, vraag dan aan een ander om boodschappen te doen of eten af te halen.
  • Ook wanneer u (nog) geen klachten heeft, probeer dan zo min mogelijk het huis uit te gaan. Houd minstens 1.5 meter afstand van anderen als u toch naar buiten gaat. 
  • Mijd lichamelijk contact met personen buiten uw eigen huishouden. U kunt eventueel gebruikmaken van (beeld)bellen, WhatsApp en e-mail. 
  • Beperk dus ook het bezoek aan kwetsbare personen, zoals ouderen en personen die chronisch ziek zijn. Dat kan dus betekenen dat het beter is om even niet naar uw ouders of andere kwetsbare familieleden te gaan.

Wanneer mag u weer uit thuisisolatie?

Indien de klachten geheel zijn verdwenen kan de thuisisolatie opgeheven worden. De duur van de thuis isolatie verschilt dus per patiënt. Daar de ene patiënt na 2 weken al volledig is hersteld kan het bij u misschien een maand duren. U mag weer uit thuisisolatie na toestemming van de arts, of wanneer u meer dan 24 uur klachtenvrij bent.

Wanneer moet u contact opnemen?

  • Waarschuw uw arts bij de volgende (alarm)symptomen:
    • toenemende benauwdheid
    • duizeligheid en flauwvallen
    • wanneer u een bleke/grauwe kleur heeft
    • bij forse verergering van uw klachten of bezorgdheid
  • Bel met uw eigen huisarts of naar de huisartsenpost als uw klachten erger worden en u denkt dat u medische hulp nodig heeft. De huisarts kan u advies geven over wat u thuis kunt doen en inschatten of u een medische beoordeling nodig heeft.
  • Bel 112 bij een (mogelijke) levensbedreigende situatie
  • Mijd geen zorg bij acute klachten.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Zelfmoordpreventie

Je bent op de spoedeisende hulp geweest na een zelfmoordpoging. Je mag weer naar huis van de arts. Hier lees je:

  • Wat de belangrijkste adviezen zijn
  • Hoe je veilig kan blijven
  • Hoe je ondersteuning vindt, professioneel en/of uit je omgeving
  • Hoe je een nieuwe crisis overbrugt of voorkomt

Wat zijn de belangrijkste adviezen?

Je leven weer op de rails krijgen na een zelfmoordpoging is niet makkelijk. Het kost tijd om lichamelijk en emotioneel te herstellen.

  • Realiseer je dat je niet de enige bent die dit overkomt en die er weer bovenop komt
  • Zorg voor je veiligheid
  • Praat erover
  • Zoek hulp

Hoe kom je de eerste dagen door?

De eerste paar dagen na een poging is het belangrijk om een goede basis te leggen voor een veilige toekomst en om een eventuele volgende zelfmoordpoging te voorkomen.
De eerste dagen na een poging zijn verwarrend. Je wordt overspoeld door allerlei gevoelens en gedachten, zoals:

  • Ik ben het niet waard
  • Ik wil dit leven niet
  • Ik ben boos, woedend, verdrietig, angstig, hopeloos, nutteloos, rusteloos
  • Dit is mij overkomen door toedoen van anderen
  • Mensen zijn niet te vertrouwen
  • Het overkomt altijd mij
  • Ik kan niet slapen
  • Ik kan nu niemand meer onder ogen komen
  • Ik word gek van de strijd in mijn hoofd

Je zult jezelf allerlei vragen stellen als:

  • Wat nu?
  • Waar ben ik veilig?
  • Wanneer ben ik veilig?
  • Hoe kan ik veilig blijven?
  • Hoe kan ik herhaling voorkomen?
  • Kan ik geholpen worden?
  • Wie kan ik vertrouwen?

In het begin heb je nog geen duidelijke antwoorden op deze vragen. Er is wel een aantal dingen die je kunt doen om de eerste dagen door te komen.

  • Weet dat je een probleem hebt, maar ook dat je ermee kunt leven Met jouw wilskracht kun je dit bereiken
  • Laat andere mensen je helpen en ondersteunen. Als je (nog) niet in staat bent om precies te vertellen wat er gebeurd is, geef dit dan aan, maar laat mensen wel toe
  • Probeer niet alleen te zijn met je gedachten. Kijk of er iemand naar je toe kan komen of dat jij naar iemand toe kan
  • Houd je aan afspraken met hulpverleners en artsen en neem de eventuele medicijnen die zijn voorgeschreven
  • Probeer structuur te creëren. Slaap en eet op vaste tijden en probeer elke dag wat te bewegen
  • Verwijder zoveel mogelijk dingen in en om je huis waar je jezelf mee kan schaden
  • Gebruik geen drank en drugs. Deze middelen kunnen de problematiek juist triggeren en jouw situatie verslechteren
  • Als mensen uit je omgeving niet beschikbaar zijn en je je zorgen maakt over je veiligheid, kun je kiezen om contact op te nemen met
    • je huisarts: tijdens kantooruren
    • de huisartsenpost: buiten kantooruren
    • 113 Zelfmoordpreventie: 24 uur beschikbaar

Wat kan professionele hulp bieden?

Op de spoedeisende hulp is je lichamelijke letsel behandeld, en heb je advies gekregen hoe je hier verder mee om kunt gaan. Als het goed is heb je vervolgens met een hulpverlener gesproken over wat er gebeurd is voorafgaand aan de poging. Deze hulpverlener heeft misschien al een afspraak voor je gemaakt om met iemand anders verder te praten. Als dat niet het geval is, adviseren wij om zelf een afspraak te maken met je huisarts of een andere hulpverlener. Je hoeft dit niet alleen te doen.
Gesprekken met een hulpverlener helpen je om:

  • Op een rijtje te krijgen wat je voelt en waarom
  • De oorzaak te vinden van jouw lijden
  • Een ander perspectief te krijgen
  • Te kijken welke andere manieren er zijn om met jouw situatie om te gaan
  • Te kijken welke zorg passend is

Zelfs als je denkt dat het niks voor jou is om hulp te zoeken, is het toch aan te raden om een paar gesprekken te hebben om het uit te proberen. Je kan ook anoniem bellen met de overleg en advieslijn van 113 Zelfmoordpreventie om je twijfels te bespreken.

Wat kan je eigen omgeving aan ondersteuning bieden?

Het is belangrijk om een ondersteunend netwerk te hebben. Omring jezelf met mensen waarbij je je prettig voelt. Mensen kunnen verschillende rollen hebben, maar zorg ervoor dat je tenminste een persoon hebt waarmee je kunt praten over hoe je je voelt. Dit hoeft niet meteen je beste vriend of een familielid te zijn, het kan ook een docent, een collega of je huisarts zijn. Als je behoefte hebt aan een luisterend oor, dan kun je 24 uur per dag bellen of chatten met De luisterlijn. Als je wil praten over je zelfmoordgedachten, kun je 24 uur per dag bij 113 Zelfmoordpreventie terecht.

Het kan zijn dat je na een poging wat minder helder denkt of moeite hebt om dingen te onthouden. Je kan het ook moeilijk vinden om te praten over wat er is gebeurd of om aan anderen te beschrijven hoe je je voelt. Overweeg daarom om iemand die je vertrouwt mee te nemen als je een gesprek hebt met een hulpverlener. Ze kunnen je steunen en de hulpverlener van extra informatie voorzien. Ook kunnen ze je helpen onthouden wat er gezegd is.

Hoe voorkom of overbrug je een nieuwe crisis?

Het is niet gek als zelfmoordgedachten er nog steeds zijn of terugkomen. Dit is een heel normaal proces. Het is geen teken dat je gefaald hebt of dat je niet goed herstelt. Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat je hebt nagedacht wat je gaat doen als je opnieuw deze gedachten krijgt. Hierbij kan een veiligheidsplan helpen. Een veiligheidsplan bevat een reeks stappen die je volgt als je zelfmoordgedachten weer opkomen.
Het veiligheidsplan kun je zelf invullen, maar beter is het om het samen met een hulpverlener te doen. Je kunt hiervoor ook de BackUp app gebruiken.

Dit plan kun je delen met naasten zodat zij de signalen herkennen en eventueel hulp voor je kunnen inschakelen. Dit mogen ze alleen doen als jij ze daarvoor toestemming geeft in overleg met je hulpverlener.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Een tekenbeet

U bent op de Spoedeisende Hulp (SEH) geweest in verband met een tekenbeet. U mag weer naar huis van de arts. Hier leest u:

  • wat een teek is,
  • wat het gevaar van een tekenbeet is,
  • waar u last van kunt hebben,
  • wat de behandeling van een tekenbeet is,
  • tips voor thuis,
  • bij welke klachten u contact moet opnemen met uw (huis)arts.

De arts heeft de teek verwijderd. Noteer de datum in uw agenda en controleer de volgende weken de plaats van de beet. In deze folder leest u waarop u moet letten na een tekenbeet en waarom.

Wat is een teek?

Teken zien er uit als kleine zwarte spinnetjes van 1 tot 3 millimeter groot. Met name in de periode van maart tot november komen ze in bossen, struiken en hoog gras voor. Als er een mens of dier voorbij komt, laten ze zich daarop vallen en bijten zich vast in de huid. Gedurende een dag of vijf zuigen ze zich vol bloed, totdat ze verzadigd zijn. Dan laten ze zich weer vallen. Op dat moment ziet een teek eruit als een blaasje op pootjes.

Wat is het gevaar van een tekenbeet?

Sommige teken zijn zelf besmet met een bacterie, de Borrelia burgdorferi. Deze bacterie brengt de ziekte van Lyme over. Door een beet van een besmette teek kan de bacterie overgedragen worden op een mens of een dier. Niet iedereen die besmet is met de bacterie wordt daadwerkelijk ziek, maar soms veroorzaakt de bacterie de ziekte van Lyme. Mensen kunnen de ziekte niet op elkaar overbrengen en de ziekte is ook niet overdraagbaar van huisdier op mens. Verwijdert u een teek bij uw huisdier, dan loopt u dus geen risico om besmet te raken. U kunt niet immuun worden voor de ziekte van Lyme, dus iedere tekenbeet geeft weer een nieuwe kans op besmetting.

Wat zijn de symptomen van de ziekte van Lyme?

De ziekte van Lyme verloopt in drie opeenvolgende stadia. Elk stadium heeft bepaalde klachten, maar soms verloopt een stadium zonder dat iemand last heeft van deze klachten.

  • Tijdens het eerste stadium (drie dagen tot drie weken na de beet) kunnen mensen last krijgen van een rode ringvormige huiduitslag rond de plaats van de beet die zich geleidelijk uitbreidt. Krijgt u huiduitslag, gaat u dan langs uw huisarts. In dit eerste stadium kunt u zich ook grieperig voelen, met verschijnselen als hoofdpijn, koorts en vermoeidheid.
  • Symptomen van het tweede stadium (enkele weken tot maanden na de tekenbeet) kunnen zijn: uitstralende pijn in arm of been, uitval van de gezichtsspieren, dubbel zien, de neiging tot flauwvallen, hartritmestoornissen en pijnlijke zwellingen aan de (knie)gewrichten.
  • Het derde stadium heet ook wel chronische Lymeziekte. Het is mogelijk dat mensen maanden tot jaren na de beet nog te maken krijgen met verschijnselen zoals chronische huidaandoeningen, ernstige loopstoornissen en gewrichtsklachten.

Wat is de behandeling van een tekenbeet?

De ziekte van Lyme is met een antibioticakuur te behandelen, maar hiervoor geldt: hoe eerder u er bij bent, hoe gemakkelijker en sneller de behandeling aanslaat. Noteer daarom in uw agenda wanneer de teek is verwijderd. Controleer de volgende weken of u rond de plaats van de beet huiduitslag krijgt. Zet eventueel met balpen een ruime kring om de beet om te zien waar de teek heeft gezeten. Het is niet zinvol om met antibiotica te starten voordat er symptomen zijn.

Hoe kan ik een tekenbeet voorkomen?

Het is verstandig om uzelf tegen tekenbeten te beschermen, zodat u geen risico loopt op het krijgen van de ziekte van Lyme. Als u de natuur in gaat, hoeft u slechts enkele voorzorgsmaatregelen te nemen om de kans op een tekenbeet te verkleinen:

  • Vermijd contact met struikgewas en hoog gras. Blijf op de paden.
  • Draag dichte schoenen, een lange broek en stop de broekspijpen in uw sokken. Draag een shirt met lange mouwen en een pet of hoed. Kinderen lopen meer kans op een tekenbeet door hun geringe lengte en doordat ze spelen in de natuur.
  • Begeeft u zich in een gebied waar veel teken zitten, smeer uzelf dan in met een insectenwerend middel dat DEET bevat (voor kinderen maximaal 20 procent DEET, voor volwassenen maximaal 50 procent).

Wat kunt u zelf doen?

Bent u in de natuur geweest, controleer dan uzelf en elkaar op tekenbeten. Kijk daarbij naar de huid en kleding. Teken hebben een voorkeur voor warme, vochtige plaatsen waar de huid dun is, zoals de liezen, knieholtes, oksels en buik. Bij kinderen worden ze ook vaak aangetroffen op het hoofd, in de hals, achter de oren en bij de haargrens.

Hoe verwijder ik een teek?

Als u een teek ontdekt, is het belangrijk deze zo snel mogelijk op een deskundige manier te verwijderen. Hoe korter de teek zich vol kan zuigen, des te kleiner is de kans op besmetting met de ziekte van Lyme. Als de teek binnen 24 uur wordt verwijderd, is de kans op besmetting vrijwel uitgesloten.

  • Gebruik voor het verwijderen van de teek een pincet waarmee u de teek goed kan vastpakken en niet fijn kan drukken. De drogist en apotheek verkopen speciale tekenpincetten.
  • Plaats het pincet zo dicht mogelijk op de huid en trek de teek met een loodrechte beweging uit de huid.
  • Let erop dat u de teek niet plat drukt. Maak de teek hierna dood zodat hij zich niet opnieuw op iemand kan laten vallen.
  • Ontsmet het bijtwondje met alcohol 70% of jodiumtinctuur. Ontsmet het pincet met kokend water.

Let op! Verdoof de teek voor het verwijderen niet met olie, alcohol, een brandende sigaret of andere middelen. De teek schrikt dan namelijk en spuugt zijn maaginhoud uit in de wond. De kans op besmetting is daardoor groter.

Wanneer contact opnemen met een arts?

Heeft u last van een of meerdere symptomen van de ziekte van Lyme, zoals hierboven beschreven, gaat u dan naar uw huisarts. Vermeld dan ook de (vermoedelijke) datum van de beet. Dit is belangrijke informatie voor uw huisarts.

Teken in het buitenland

Buiten Nederland komen teken voor die ook andere besmettelijke ziekten kunnen overbrengen. Krijgt u daarvan last, ga dan ook naar uw huisarts. Ook kunt u informatie vinden op de website van het RIVM en de plaatselijke GGD.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Sedatie

U krijgt sedatie op de Spoedeisende hulp (SEH). Hier leest u:

  • Wat sedatie is
  • Wat er gaat gebeuren op de SEH
  • Wanneer u weer naar huis mag
  • Bij welke klachten u contact moet opnemen met uw (huis)arts

Wat is sedatie?

Voor bepaalde ingrepen kan de arts besluiten u niet alleen pijnstilling te geven, maar ook een sederend middel. Dit betekent dat u in een lichte slaap geraakt en daardoor de ingreep comfortabeler ondergaat.

Wat gaat er gebeuren?

Allereerst zal de verpleegkundige bij u een infuus prikken zodat de medicatie intraveneus, dat wil zeggen via de bloedbaan, kan worden toegediend. Om u tijdens de ingreep in de gaten te kunnen houden wordt u aangesloten op een monitor die uw bloeddruk, hartslag en zuurstofgehalte meet.

Na het toedienen van de medicatie valt u vrij snel in slaap en volgt de ingreep. Kort hierna wordt u weer wakker, maar kunt u zich nog wel iets slaperig voelen. Ook kunt u zich de ingreep zelf, door de gegeven medicatie, vaak niet goed meer herinneren.

Bij elke procedure is altijd minimaal één ervaren arts en verpleegkundige aanwezig.

Wanneer mag ik naar huis?

Na de behandeling mag u naar huis indien:

  • U goed wakker bent,
  • Uw hartslag en bloedruk goed zijn,
  • U kunt drinken en niet misselijk bent,
  • U rechtop kunt zitten en niet duizelig bent.

Indien nodig krijgt u pijnstillers mee naar huis. Geadviseerd wordt tot 12 uur na de ingreep geen voertuigen of machines te besturen.

Wanneer moet ik een arts waarschuwen?

Als u last krijgt van de onderstaande klachten belt u dan naar de spoedeisende hulp waar u geholpen bent.

  • Misselijkheid en/of braken
  • Andere klachten die u niet vertrouwt

Vragen en bellen

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen, stel deze dan aan uw behandelend arts of bel naar de spoedeisende hulp waar u bent behandeld. Elke spoedeisende hulp is hiervoor 24 uur per dag beschikbaar.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Hechtingen en huidlijm

Op de afdeling spoedeisende hulp is bij u een wond behandeld met hechtingen of wondlijm. U mag weer naar huis van de arts. Hier leest u:

  • hoe een wond met hechtingen te verzorgen,
  • hoe een wond met huidlijm te verzorgen,
  • welke complicaties er kunnen optreden,
  • bij welke klachten u contact moet opnemen met uw (huis)arts.

Hoe een wond te verzorgen met hechtingen?

  • U mag douchen maar dep de wond daarna voorzichtig droog. Als u een wond op het hoofd heeft mag u uw haar niet föhnen.
  • Geef de plaats van de wond rust. Afhankelijk van de grootte van een wond op uw hand of arm krijgt u daarvoor een mitella mee. Bij een grote wond op uw been is het van belang dat u dit been niet te veel belast. Zo voorkomt u dat de wond zwelt waardoor spanning op het litteken zou kunnen ontstaan.
  • Wanneer de wond door middel van een pleister is verbonden, dient u deze elke dag te verwisselen.

Hoe een wond te verzorgen met huidlijm?

Uw wond is gesloten met behulp van huidweefsel lijm. Dit is een medisch hechtmiddel dat is ontwikkeld om wonden te sluiten. Het kan bij een aantal wonden gebruikt worden in plaats van hechtingen.
De huidlijm kan er enigszins onregelmatig uitzien en er zitten soms zelfs barstjes in. Dit is normaal en zal de werking van lijm niet beïnvloeden.

  • De met lijm bedekte wond ziet er meestal uit als een droog korstje, probeer er niet aan te krabben of te peuteren.
  • Als u last heeft van de wond omdat er wrijving of schuring van de wond is, mag u de wond bedekken met een pleister of gaasje. Verschoon dit wel iedere 24 uur.
  • Houd de wond schoon en droog. U mag wel voorzichtig douchen maar niet baden of zwemmen. De huid rond de wond daarna voorzichtig droog deppen en niet wrijven. De huid rondom de lijm niet insmeren met zalf. U mag uw haar niet föhnen als u een wond op het hoofd heeft.
  • De lijm zal vanzelf loslaten na ongeveer 10 dagen net als een gewoon korstje. De wond is dan voldoende genezen. De wond hoeft meestal niet te worden gecontroleerd.

Welke complicaties kunnen optreden?

  • Er is een kans dat de wond gaat ontsteken of openspringt. Neem dan contact op met uw arts.
  • Afhankelijk van de plaats van de wond en van het huidtype kan er na verloop van tijd wildgroei van littekenweefsel optreden, vooral bij een donker gekleurde huid komt deze complicatie vaker voor.

Wanneer contact opnemen met een arts?

U neemt contact met uw huisarts of met de Spoedeisende Hulp, wanneer er sprake is van een van de volgende twee complicaties:

  • In geval van vochtafscheiding, irritatie, aanhoudend pijngevoel of wanneer wondranden van elkaar wijken, waarschuwt u de arts.
  • Openspringen van de wond door het loslaten van de hechtingen.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Brandwonden

U heeft een brandwond opgelopen, U mag weer naar huis van de arts. Hier leest u:

  • welke soorten brandwonden er zijn,
  • wat de behandeling van brandwonden is,
  • tips voor thuis,
  • welke complicaties kunnen optreden,
  • bij welke klachten u contact moet opnemen met uw (huis)arts.

Welke soorten brandwonden zijn er?

Er zijn verschillende soorten brandwonden. Dit onderscheid is van belang omdat de behandeling per type brandwond verschilt:

  • Eerstegraads brandwond:
    Bij een eerstegraads brandwond is de (opper)huid nog niet beschadigd. De huid is rood, droog, pijnlijk en soms wat gezwollen. Denk bijvoorbeeld aan een in de zon verbrande huid.
  • Oppervlakkige tweedegraads brandwond:
    Bij een oppervlakkige tweedegraads brandwond is de huid beschadigd. De huid is rood, nat en pijnlijk. Er is sprake van blaarvorming.
  • Diepe tweedegraads brandwond:
    Bij een diepe tweedegraads brandwond is de huid zichtbaar aangetast. De hitte heeft langer kunnen doordringen in het huidweefsel en er is dan ook duidelijk sprake van een wond. De wond is roodachtig/wit, nat en zeer pijnlijk. Ook hier kan blaarvorming optreden
  • Derdegraads brandwond:
    Bij een derdegraads brandwond is de wond wit of zwart, droog en leerachtig. Bij deze brandwond voelt u nauwelijks pijn omdat hierbij de zenuwen in de huid zijn aangetast. Derdegraads brandwonden komen meestal voor in combinatie met tweede en eerstegraads brandwonden.

Wat is de behandeling van brandwonden?

  • Bij alle brandwonden kunt u een pijnstiller (paracetamol) slikken tegen de pijn.
  • Bij een eerstegraads verbranding en bij een oppervlakkige tweedegraads brandwond bestaat de behandeling uit het aanbrengen van een crème zoals ‘after sun’ of bodylotion.
  • Diepe tweedegraads en derdegraads brandwonden behandelt de arts of verpleegkundige met zilversulfadiazine crème of vette gazen.
  • Grote of kapotte blaren worden zoveel mogelijk verwijderd.
  • Tetanus injectie. Indien u deze langer dan 10 jaar geleden heeft gekregen.

Wat kunt u verder zelf doen?

Vaak komt u binnen 1 of 2 dagen op controle in het ziekenhuis of bij uw huisarts, u krijgt dan verdere uitleg hoe u zelf met de wond dient om te gaan. In het algemeen geldt het volgende:

  • Bij diepe tweedegraads en derdegraads brandwonden is het nodig dat u het verband dagelijks verwisselt. Hierbij spoelt u de oude zalf af met water. Vervolgens brengt u opnieuw zalf aan op de wond.
  • Als de wond eenmaal genezen is, bestaat de nabehandeling uit het vet houden van het litteken met crème.
  • Als de brandwond zich op of in de buurt van een gewricht bevindt, moet u dit gewricht zo snel mogelijk weer bewegen. Beweging voorkomt dat de gewrichten stijf worden.
  • Vermijd het eerste jaar felle zon op het litteken of smeer de plek van het litteken goed in met een zonnebrandcrème met factor 20 of hoger.
  • Bij het genezen van de bandwond kan de huid jeuken, probeer niet te krabben.

Welke complicaties kunnen optreden?

Een brandwond kan gaan ontsteken.

Op de lange termijn kunnen zich de volgende complicaties voordoen:

  • Littekenvorming;
  • Contracturen: door een blijvende samentrekking van weefsels kan verkromming ontstaan van één of meer gewrichten;
  • Bewegingsbeperking;
  • Sensibiliteitsverlies: door de brandwond zijn de kleine gevoelszenuwtjes aangedaan, waardoor het gevoel in de huid verminderd of geheel weg is.

Wanneer contact opnemen met een arts?

Als u koorts krijgt of als de wond warm en rood is, zijn dat de eerste verschijnselen van een ontsteking. Het is belangrijk dat u dan contact opneemt met uw behandelend arts.

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Alcoholgebruik bij volwassenen

U bent op de afdeling spoedeisende hulp geweest met een alcoholvergiftiging en/of uw arts maakt zich zorgen over uw alcoholgebruik.

Hier leest u:

  • wat de effecten en risico’s van alcohol zijn,
  • wat de voordelen van stoppen of minderen van alcohol zijn
  • hoe u uw eigen gebruik kunt testen
  • waar en bij wie u terecht kunt als u hulp wilt bij minderen of stoppen

Wat zijn de effecten

Onderstaande informatie is een indicatie voor een ervaren drinker. Mensen die niet regelmatig drinken én jongeren, kunnen bij veel minder glazen een veel sterker effect verwachten.

1-3 glazen (0 tot 0,5 promille): Ontspannen – ontremd

De polsslag en ademhaling versnellen. Je krijgt een warm gevoel. Smaak, reuk en gezichtsvermogen gaan achteruit en je voelt minder pijn. Je eetlust neemt toe en je moet vaker plassen.

3-7 glazen (0,5 tot 1,5 promille): Aangeschoten 

Stemming en gedrag veranderen duidelijk. Je overschat jezelf. Je geheugen, reactiesnelheid en coördinatie verminderen en het beoordelen van situaties gaat moeilijker. Links en rechts van je gezichtsas neem je steeds minder waar (tunneleffect).

7-15 glazen (1,5 tot 3 promille): Zat – dronken

Alle eerder genoemde effecten versterken. Ook ga je je overdreven emotioneel gedragen en je zelfkritiek verdwijnt. Je gezicht wordt rood, zwelt op en je pupillen vergroten. Je kan misselijk worden en braken.

15-20 glazen (3 tot 4 promille): Laveloos

Je zintuigen verdoven en je bent in de war en afwezig; wat je hoort en ziet dringt nauwelijks tot je door.

20-25+ glazen (4 promille en hoger): Knock-out – bewusteloos

Je ademhaling en polsslag vertragen zo sterk dat je in coma kunt raken en zelfs kunt doodgaan: je ademhaling stopt of je krijgt een hartstilstand.

*Met een glas wordt een standaardglas bedoeld.

Is alcohol wel of niet gezond?

Geen alcohol drinken is in alle gevallen beter dan wel alcohol drinken. Aan het drinken van alcohol is namelijk altijd een zeker risico verbonden. Zo kan ook regelmatig gebruik van kleine hoeveelheden leiden tot gewenning en teveel drinken. Dit geldt vooral voor mensen die hier door stress of genetische aanleg gevoelig voor zijn.

Daarnaast is de stof alcohol (ethanol) een kankerverwekkende stof. Men loopt ook bij weinig alcohol een verhoogd risico op diverse soorten kanker, een hoge bloeddruk, een hersenbloeding, leveraandoeningen, orgaanbeschadigingen en verslaving.

Sommige mensen denken dat een beetje alcohol (en dan vooral rode wijn) goed is voor de gezondheid. De eventuele positieve effecten wegen echter niet op tegen de risico’s. Gezond en gevarieerd eten (en bewegen) is een veel beter alternatief dan alcohol drinken.

De voordelen van minderen of stoppen met alcohol kunnen onder andere zijn:

  • U voelt zich actiever en kunt zich beter concentreren
  • U kunt beter presteren tijdens werk, studie of thuis
  • U krijgt een betere conditie en gezondheid
  • U slaapt beter, u bent hierdoor beter uitgerust en opgewekter
  • U hebt minder kans op hart- en vaatziekten, kanker, impotentie en dementie

Hoeveel alcohol is teveel?

Bingedrinken is zoveel drinken dat het bloedalcoholgehalte tot 0,8 promille stijgt. Dit komt bij mannen neer op 6 glazen in 2 uur en bij vrouwen op 4 glazen in 2 uur. Maar als je veel glazen in een iets langere tijd drinkt kan ook 0,8 promille bereikt worden doordat de alcohol gaat stapelen in het lichaam.

Problematisch drinken wil zeggen dat het drinken van alcohol gepaard gaat met allerlei lichamelijke, psychische en sociale problemen. Als je veel alcohol drinkt, kun je er lichamelijk en geestelijk verslaafd aan raken.

Op basis van de beschikbare wetenschappelijke literatuur geeft de Gezondheidsraad als advies: “Drink geen alcohol of in ieder geval niet meer dan één glas per dag”.

Wilt u weten of uw drinkgedrag een risico is voor uw gezondheid? Doe dan de Drinktest.

Wilt u hulp bij het stoppen of minderen van alcohol, of twijfelt u nog?

Op internet staan tips om zelf te minderen of stoppen met alcohol. Eén daarvan is de gratis Maxx app, die speciaal ontwikkeld is voor volwassenen die hun leefstijl willen verbeteren door minder alcohol te drinken.

Als u meer hulp of begeleiding kunt gebruiken zijn er verschillende mogelijkheden van professionele hulpU kunt met deze vraag ook altijd terecht bij uw eigen huisarts.

Wilt u meer lezen over alcohol, kijk dan op www.alcoholinfo.nl

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.

Alcoholgebruik bij jongeren

Je bent op de spoedeisende hulp geweest met een alcoholvergiftiging. Je mag weer naar huis van de arts. Hier lees je:

  • wat de belangrijkste adviezen zijn,
  • wat de gevaren zijn van alcohol en binge drinken,
  • wat alcohol drinken met je doet,
  • wat de risico’s zijn van alcohol drinken,
  • wanneer je contact moet opnemen met je (huis)arts.

Wat zijn de belangrijkste adviezen?

  • Alcohol kan juist als je jong bent schadelijk zijn: je loopt risico op schade aan je hersenen, ruzies, verkeersongelukken of een verslaving. Drink daarom, als je nog geen 18 jaar bent, geen alcohol.
  • Drink je toch? Stel je eerste glas alcohol dan zo lang mogelijk uit. Doe lang met 1 glas. En neem daarna minimaal 1 uur alleen water of frisdrank.
  • Beslis voordat je uitgaat hoeveel glazen alcohol je maximaal gaat drinken en houd je daar aan.
  • Laat je niet onder druk zetten om mee(r) te drinken.

Wat zijn de gevaren van alcohol en binge drinken als je jong bent?

Veel jongeren drinken wel eens alcohol. Bijvoorbeeld bij het uitgaan, op feestjes of op vakantie. Voor de gezelligheid of om te ontspannen. Of om alvast in de stemming te komen voordat een feestje begint (indrinken). Als je met een groepje drinkt, voelt het misschien alsof je hieraan mee moet doen. Zo kun je met zijn allen soms ongemerkt veel drinken. Als jongere merk je te laat dat je te veel alcohol op hebt. Je wordt ineens suf of je raakt bewusteloos.

Voor jongens of mannen noemen we het binge drinken als je meer dan 5 glazen alcohol op een avond drinkt. Voor meisjes of vrouwen is dat al bij 4 glazen alcohol. Drink je 1 flesje bier dan is dat evenveel als 1,5 glas alcohol. Drink je een mix, dan hangt het van de verhouding sterke drank-vruchtensap af of dit 1 glas alcohol is of meer. Bij een mix proef je de alcohol minder goed en drink je ongemerkt veel.

Tegenwoordig weten we dat alcohol juist als je jong bent schadelijk is. Vooral als je veel en snel achter elkaar drinkt. Je lichaam kan de hoeveelheid alcohol in de korte tijd niet verwerken. Het kan schadelijk zijn voor je hersenen en je brengt jezelf en anderen in gevaar. Je hebt kans op ruzies en verkeersongelukken. Je kunt snel bewusteloos of in coma raken.

Wat doet alcohol drinken met je?

Al na 1 of 2 glazen begint alcohol te werken. De invloed neemt toe naarmate je meer en sneller drinkt. Hoe snel de alcohol in je bloed wordt opgenomen hangt af van je leeftijd, je gewicht, je geslacht en of je kortgeleden gegeten hebt.

Je lichaam heeft ongeveer anderhalf uur nodig om 1 glas alcohol af te breken. Er zijn ook mensen bij wie alcohol veel langzamer wordt afgebroken. Dat is erfelijk. Zij kunnen van 1 of 2 glazen al dronken worden.

De werking van alcohol is bij jongeren anders dan bij volwassenen. Volwassenen voelen al na 1 of 2 drankjes dat de alcohol begint te werken. Zij merken wanneer ze te veel alcohol op hebben en dronken beginnen te worden. Jongeren voelen dat niet: je merkt als jongere te laat dat je te veel alcohol hebt gedronken. Je wordt ineens suf of je raakt bewusteloos.

Dit merk jij of je omgeving als je alcohol drinkt:

  • Je ontspant.
  • Je durft dingen die je normaal niet zou doen.
  • Je onderschat de risico’s van wat je doet.
  • Je geheugen wordt slechter.
  • Je reageert minder slim en minder snel.
  • Lopen, fietsen, praten en denken gaan minder goed.

Drink je in korte tijd 5 glazen of meer (voor meisjes 4), dan:

  • kun je emotioneel of agressief worden
  • kun je misselijk worden en braken
  • word je suf of krijg je een ‘black out’
  • verlies je je evenwicht: alles draait om je heen, je valt en kan niet meer opstaan
  • kun je bewusteloos of in coma raken en zelfs overlijden aan een overdosis alcohol
  • kun je stikken in je eigen braaksel

Wat doet alcohol met je hersenen?

Alcohol drinken en depressie komen vaak samen voor. Soms al vroeg in de puberteit. Als je erg somber bent, kan alcohol dat gevoel tijdelijk verminderen. Ga je meer en vaker drinken, dan kan je somberheid juist erger worden. Je komt er niet meer uit en gaat dan maar weer drinken. Sommige jongeren worden van alcohol drinken direct al somber.

Wat zijn de risico’s van alcohol drinken?

Als je te veel en te snel alcohol drinkt op een avond zijn er risico’s die je meteen merkt en risico’s die pas later zichtbaar zijn.

Risico’s die je meteen merkt:

  • Je overschat jezelf.
  • Je doet sneller dingen waar je spijt van krijgt.
  • Je vrijt sneller zonder condoom of voorbehoedmiddel met kans op een soa of zwangerschap.
  • Je hebt meer kans op ruzie, agressie en geweld.
  • Je kunt minder goed nadenken, leren en concentreren.
  • Je bent minder alert en je reageert langzamer.
  • Je valt sneller van de stoep, fiets, trap of het balkon.
  • Je hebt meer kans op een ongeluk, bijvoorbeeld in het verkeer.
  • Je wordt misselijk, moet overgeven, krijgt hoofdpijn en een kater.
  • Je wordt suf: wat je ziet of hoort dringt niet meer tot je door.
  • Je weet achteraf niet meer wat er is gebeurd (‘black out’).
  • Je kunt een alcoholvergiftiging krijgen: Als je te veel alcohol in je bloed hebt, raak je bewusteloos of in coma of je overlijdt. Je voelt een alcoholvergiftiging niet aankomen.
  • Gebruik je naast alcohol ook drugs, dan is de kans op een alcoholvergiftiging groter.

Risico’s die pas later zichtbaar zijn:

  • Je hersenen kunnen beschadigen, zelfs na één keer te veel alcohol drinken. Alcohol kan de ontwikkeling van de hersenen verstoren. We weten nog niet of de schade aan de hersenen ook weer kan herstellen. Je hersenen ontwikkelen zich nog tot ver na je 20ste jaar.
  • Je kunt minder goed leren en minder goed nieuwe informatie onthouden. Je geheugen verslechtert.
  • Je doet dingen zonder erbij na te denken en overziet de gevolgen van je gedrag niet.
  • Te veel en te vaak alcohol is schadelijk voor je lichaam, bijvoorbeeld voor je lever, slokdarm, maag en darmen.
  • Je kunt last krijgen van moeheid, moeite met slapen, vaak bang zijn of somber.
  • Je hebt kans op verslaving aan alcohol. Omdat je hersenen nog in de groei zijn, ben je veel gevoeliger voor alcohol. Dat betekent dat je een grotere kans hebt om verslaafd te raken.
  • Je kunt met de politie in aanraking komen, omdat je iets doet wat niet mag of een verkeersongeluk veroorzaakt.

Adviezen bij alcohol drinken

  • Als je nog geen 18 jaar bent, drink dan geen alcohol.
  • Stel de eerste keer dat je alcohol drinkt zo lang mogelijk uit. Je hersenen zijn nog in de groei (tot je 24 jaar bent) en daardoor extra gevoelig voor alcohol.
  • Als je moet rijden (auto, fiets, motor of scooter) heb je een extra reden om niet te drinken.
  • Als je niet wilt drinken, zorg dan dat je de Bob bent.
  • Spreek met jezelf en anderen af om niet te drinken.
  • Drink je toch? Spreek dan van tevoren af hoeveel glazen alcohol je maximaal gaat drinken en houd je daar aan.
  • Drink hooguit 1 glas alcohol per uur en verder water of frisdrank. Doe lang met een glas.
  • Drink geen alcohol voor de dorst: van alcohol (ook bier) krijg je juist meer dorst.
  • Probeer eens alcoholvrije wijn, bier, cocktails, sapjes, shakes of smoothies.
  • Maak afspraken met elkaar en zet elkaar niet onder druk om (meer) alcohol te drinken.

Minder drinken is niet alleen slim, je blijft ook slimmer.

Wat doet alcohol met je hersenen?

  • Als je te veel alcohol drinkt.
  • Als je met iemand wil praten over het omgaan met alcohol.
  • Als je dingen die je vroeger graag deed niet meer leuk vindt.
  • Als je op school lagere cijfers haalt of spijbelt omdat school je niet zoveel meer kan schelen.
  • Als je naast alcohol drugs gaat gebruiken, zoals ecstasy.
  • Als je door alcohol drinken in contact komt met de politie.
  • Als je door alcohol drinken onveilig vrijt of ongewild seks hebt gehad, waardoor je mogelijk zwanger bent geraakt of een soa hebt opgelopen.
  • Als er thuis problemen zijn waardoor je gaat drinken, bijvoorbeeld als je ouders veel alcohol drinken of veel ruzie hebben.
  • Je bent dan altijd welkom bij de huisarts. Bespreek het met je huisarts als je niet wil dat hij/zij iets aan je ouders doorvertelt.

Wil je meer informatie over jongeren en alcohol?

Voor jongeren:

  • Op Nix18.nl lees je verhalen over geen alcohol drinken.
  • Op Drugsenuitgaan.nl lees je wat de effecten zijn als je alcohol combineert met drugs.

Voor ouders:

Meer informatie?

Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Spoedeisende Hulp waar u behandeld bent of uw huisarts.